Dankzij de vernieuwde samenwerking met Marokko, werden dit jaar al meer dan 200 Marokkanen in onwettig verblijf gedwongen teruggestuurd naar hun herkomstland, meer dan vier keer zoveel als vorig jaar.
Staatssecretaris voor asiel en migratie Nicole de Moor: “Migratie kan je niet alleen beheren. Daarvoor moet je samenwerken met herkomstlanden en we hebben vandaag opnieuw een goede en constructieve samenwerking met de Marokkaanse overheid. De gezamenlijke missie van april, met een brede aanpak rond economie, veiligheid, migratie en terugkeer, werpt duidelijk zijn vruchten af.”
Marokko is een zeer belangrijke partner van België als het gaat over migratie. Er zijn bijna 80.000 Marokkanen die legaal verblijven in ons land en bijdragen aan onze samenleving en economie. Elk jaar komen bovendien heel wat Marokkanen naar ons land om familie te bezoeken, te studeren of te werken. Tegelijkertijd is er ook een groot aantal mensen met de Marokkaanse nationaliteit in onwettig verblijf.
In april spraken België en Marokko af nauwer te gaan samenwerken rond migratie en terugkeer, tijdens een ruime federale missie naar Marokko. Sindsdien is de terugkeer, die al licht verbeterde in aanloop naar de missie, nog verder verbeterd. Dit jaar zijn al 203 personen gedwongen teruggestuurd, waarvan 113 personen nadat zij vrijkwamen uit de gevangenis. Vorig jaar werden 43 personen gedwongen teruggestuurd naar Marokko.
Om iemand gedwongen te kunnen terugsturen moet eerst een correcte identificatie gebeuren en moet nadien een doorlaatbewijs worden afgeleverd door het herkomstland. Om dat proces vlot te laten verlopen wordt door op regelmatige basis overleg gepleegd tussen DVZ en de Marokkaanse Ambassade en Consulaten.
Nicole de Moor: “Uiteraard kan en moet dit cijfer nog verder omhoog, maar belangrijk is dat we de pakkans nu hebben vergroot. Door de terugkeer naar Marokko opnieuw op de rails te krijgen, hebben we opnieuw een grotere stok achter de deur. Er is nu ook echt een kans om mensen die hier niet mogen zijn, gedwongen terug te sturen, terwijl politiemensen vroeger al te vaak mensen die ze tegenhielden moesten laten gaan. Mensen die zich misdragen kunnen we effectief het land uitzetten, dat is een breuk met het verleden. En ik wil die pakkans nog vergroten door verder te investeren in die samenwerking.”
Ons land stelt een aanzienlijke stijging vast van asielaanvragen van Palestijnen en Syriërs die reeds bescherming genieten in een ander Europees land, meestal Griekenland en in mindere mate Bulgarije. De afgelopen maanden gaat het over telkens meer dan 450 aanvragen per maand. Staatssecretaris voor asiel en migratie Nicole de Moor wil daar komaf mee maken.
Minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden en staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor hadden vandaag een bilateraal overleg met Nederlands minister van Asiel en Migratie Marjolein Faber. De Nederlandse minister liet officieel weten dat er in de loop van december in het grensgebied met ons land zal worden gestart met controles. Deze controles zullen worden uitgevoerd op Nederlands grondgebied.
Sinds begin februari een fast-trackprocedure werd ingevoerd voor asielaanvragen van nationaliteiten die zeer weinig kans maken op asiel, werden zo al aanvragen van 859 personen versneld behandeld. In 96 procent van de gevallen krijgen asielzoekers in de procedure effectief een weigeringsbeslissing. Toch blijft de instroom van nationaliteiten die weinig kans maken op asiel hoog. Staatssecretaris voor asiel en migratie Nicole de Moor wil sterker inzetten op preventie om te vermijden dat mensen die geen nood hebben aan bescherming hier toch asiel aanvragen.